Een autonome toekomst?

Een autonome toekomst?

Velen kunnen nog niet terug naar kantoor, maar ondertussen hebben we wel de slimme gebouwen van de toekomst om naar uit te kijken. Aldus Thomas Verdyck van Smart WorkPlace partner Spacewell in zijn blog.

Ook nu we ons volop inzetten om de uitdagingen die COVID-19 stelt, aan te gaan, blijft Spacewell plannen maken voor de toekomst. We gaan er altijd van uit dat onze visie moet draaien om ons kernpubliek: gebouwbeheerders, gebruikers en dienstverleners. Op lange termijn slagen volgens ons alleen technologieën die reële voordelen leveren en zo verdere ontwikkelingen en vooruitgang mogelijk maken. In de fysieke omgeving leveren ze ons een wereld op waarin gebouwen autonomer worden en de gebruikerservaring centraler komt te staan.

Het grote plaatje

Op het hoogste niveau wordt de vraag naar commerciële gebouwen steeds minder bepaald door het utilitaire beeld van een plek om zaken te doen – en dat is al lang zo. Kantoren worden ontworpen om de werkplek socialer en creatiever te maken, maar tegelijk moet de gebruiker zich er voluit kunnen concentreren. In meer of mindere mate gaan in gebouwen ook duurzaamheidsdoelstellingen een rol spelen, van energie-efficiëntie tot het minimaliseren van de CO2-voetafdruk. Het tastbare financiële voordeel van deze verbeteringen zal deze trends in de toekomst blijven stimuleren.

Het blijft echter niet bij deze macrotrend. Door de pandemie heeft het begrip ‘werkplek’ een veel ruimere invulling gekregen – toch zeker voor bedienden/kenniswerkers. Vroeger was de werkplek simpelweg het kantoor van de onderneming; nu is het letterlijk de plek waar de medewerker werkt, of dat nu op het hoofdkantoor is, ter plaatse bij een klant of achter een computer thuis of in een koffiebar. De technologie voor telewerken gaat met rasse schreden vooruit en dat opent nieuwe mogelijkheden om productief te zijn en daar voldoening uit te halen, bijvoorbeeld door flexibeler te zijn in hoe en waar we werken.

Behoeften van betrokkenen

Door deze macrotrends komen gebouwbeheerders voor nieuwe uitdagingen te staan en moeten ze nieuwe manieren vinden om informatie vast te leggen en diensten aan te sturen. Dat kan bijvoorbeeld door hele systemen in te voeren: slimme gebouwen of zelfs slimme steden die zich aanpassen aan mensen terwijl zij van de ene ‘kantooromgeving’ naar de andere gaan. Connectiviteit zal nieuwe markten doen ontstaan om in te spelen op de behoeften van de gebruiker, met beter geconnecteerde, gebruiksvriendelijke ruimtes die meer huurders en medewerkers aantrekken. Door deze verschuiving moet gegevensverwerking dan worden gestandaardiseerd en informatie op nieuwe manieren worden gedeeld tussen verschillende ruimtes binnen het kantoorecosysteem. Omdat de hoeveelheid informatie exponentieel zal toenemen, wordt zo’n proces grotendeels beheerd door autonome gebouwsystemen. Die kunnen de informatie optimaal verwerken en benutten om zonder menselijke ingreep (maar altijd onder menselijk toezicht) maatregelen te nemen. Dit geldt des te meer als gegevens uit heel diverse bronnen worden samengevoegd en gecentraliseerd in één digitale kopie van het gebouw, die de complexiteit van de praktijk weerspiegelt en een zorgvuldiger aangepaste gebruikerservaring mogelijk maakt.

In zo’n wereld krijgen gebruikers nieuwe mogelijkheden om zichzelf te realiseren door te kiezen waar ze werken. Om bij eindgebruikers en huurders beter in de smaak te vallen (en investeerders en eigenaren meer waarde te bieden), zullen gebouwen steeds meer personalisatie mogelijk maken, bijvoorbeeld wanneer we ruimtes reserveren, het licht dimmen of de temperatuur regelen. Een profiel (een ‘persona’) of een personal assistant die verbonden is met het mobiele toestel van de gebruikers stelt het gebouw dan in staat om die gebruikers een aantrekkelijke, productieve ruimte te bieden, hoe sterk hun behoeften ook uiteenlopen.

Dienstverleners kunnen de vooruitgang in gebouwsystemen, IoT en mobiele apps dan weer benutten om steeds meer functies op afstand te beheren. Die fysieke afstand mag dan wel groeien, tegelijk wordt de dienstverlening voor de eindgebruiker beter, sneller en responsiever dankzij sensoren en gebruikersfeedback. Ook eigenaren hebben hier baat bij: informatie die gecentraliseerd en eenvoudiger te coördineren is, kan huurcontracten met een langere looptijd of meer waarde opleveren.

Niet alleen voor gebruikers

De laatste boeiende ontwikkeling overstijgt het heden en gaat over de behoeften die gebruikers in de toekomst zullen hebben. Op basis van verschillende gegevensstromen binnen het ecosysteem kunnen ontwerpers van nieuwe gebouwen voorziening maken voor knelpunten, behoeften of voorkeuren die potentieel problematisch bleken in bestaande ontwerpen. Voeg daar nog simulaties aan toe die steunen op de gegevens van uitgebreide digitale kopieën en ze kunnen ook evalueren welke effecten hun keuzes later zullen hebben. Tijdens de exploitatiefase kunnen de beheerders van het gebouw dan weer gemakkelijker verschillende scenario’s testen en daarbij kosten en hinder beperken. Informatie over de levenscyclus brengt een positieve spiraal op gang waarin gebouwen steeds sneller en meer gebruikersgericht worden ontworpen. Velen van ons kunnen nog steeds niet terug naar hun kantoor, maar ondertussen hebben we wel de slimme gebouwen van de toekomst om naar uit te kijken.

Delen: Twitter LinkedIn Facebook

permalink

Naar het overzicht

Terug naar boven